Op 9 februari 2018 onthulde de pers beschuldigingen aan het adres van Oxfam UK: naar verluidt betaalden sommige hulpverleners na de aardbeving in Haïti (2010) seks met lokale jonge vrouwen, mogelijk minderjarigen. Oxfam wordt niet zozeer beschuldigd van het gedrag van haar medewerkers – geen enkele NGO is immuun voor schending van haar gedragscode – maar van de wijze waarop met de feiten is omgegaan.

Oxfam, een op zichzelf staand geval?

Hoewel Oxfam de drie betrokken medewerkers ontsloeg, liet de NGO na de zaak te vervolgen vanwege “lokale chaos”. Even ernstig was dat zij de beschuldigingen niet onmiddellijk aan de Haïtiaanse autoriteiten heeft gemeld. Bovendien werden de beschuldigde ex-werknemers door nieuwe NGO’s in dienst genomen zonder dat zij van de verdachte feiten op de hoogte werden gesteld. Dit is het geval met de Belg Roland van Hauwermeiren, die later in dienst was van Action contre la Faim in Bangladesh.

Deze onthullingen hebben een impact gehad op de hele organisatie. Zo dreigde de Europese Commissie met intrekking van de financiering van Oxfam, die in 2017, 68 miljoen euro bedroeg. Desmond Tutu nam ook ontslag als ambassadeur en zei dat hij “diep teleurgesteld” was. Oxfam reageerde onmiddellijk met de onthulling van haar actieplan om verder seksueel misbruik te voorkomen. Tot de aangekondigde maatregelen behoren de oprichting van een onafhankelijke commissie, meer investeringen in beschermingsprogramma’s en opleiding op het gebied van gendervraagstukken, het vastleggen van een strategie voor de aanpak van beschuldigingen van seksueel misbruik en betere samenwerking met plaatselijke autoriteiten. De NGO nodigt slachtoffers ook uit zich kenbaar te maken.

Helaas is het geval van Oxfam in Haïti verre van geïsoleerd… Lang voordat deze onthullingen werden gedaan, werden veel gevallen van seksuele uitbuiting van kinderen door humanitair personeel aan de kaak gesteld (blauwe helmen, UNHCR, enz.). Sinds “Oxfamgate” hebben andere NGO’s aangekondigd dat ze met deze misstanden geconfronteerd worden: Artsen zonder Grenzen, Plan International Nederland, UNICEF, Rode Kruis. Niettemin blijft het moeilijk om de omvang van het verschijnsel in te schatten.  Naast ‘schaamte en schuldgevoelens’ moet de zaak van Oxfam vooral een bevraging van de praktijken van humanitaire actoren mogelijk maken, in het kielzog van de #metoo-beweging en een verbetering van mechanismen voor de bescherming van kwetsbare mensen.

Standpunt van ECPAT België

Het ECPAT-netwerk, dat honderden leden telt, strijdt al meer dan 25 jaar tegen de seksuele uitbuiting van kinderen. Daarom wenst ECPAT België de aandacht te vestigen op de noodzaak om te werken aan een diepgaande, multisectorale en langetermijnaanpak van deze problematiek. Het dagelijkse werk van ECPAT op het gebied van preventie, luisteren en mobilisatie is een eerste stap in de richting van de volledige afschaffing van seksueel misbruik van minderjarigen. Niettemin is het de plicht van elke humanitaire organisatie, die in wezen toegang heeft tot kwetsbare minderjarigen, om de nodige procedures in te stellen om dergelijke misstanden te voorkomen, te melden en te bestraffen. Anders opent het de deur naar een cultuur van straffeloosheid.

Deze maatregelen moeten beginnen met het opstellen van een duidelijk kinderrechtenbeleid binnen elke organisatie, ondertekend door al haar leden, vrijwilligers en personeel, en verspreid op elk niveau van de hiërarchie. Dit beleid zou systematisch het concept van kinderparticipatie moeten omvatten, in het bijzonder in onderzoek, met name op basis van de instrumenten die zijn opgezet door het ECPAT-netwerk (beschikbaar op verzoek). Om effectief te zijn, moeten ze vergezeld gaan van meldings- en klachtenprocedures, zoals Bharti Patel, directeur van ECPAT UK, op de BBC uitlegt. De uitvoering van elke fase van deze procedures moet strikt worden gehandhaafd. Deze procedures moeten er ook in de eerste plaats voor zorgen dat alle kinderen met wie organisaties in (on)rechtstreeks contact staan, veilig zijn. Ze moeten ook duidelijk definiëren wat (on)gepast gedrag van het personeel is.

Bovendien moet elke overeenkomst (langdurig dienstverband, kort dienstverband, vrijwilligerswerk, enz.) altijd een addendum bevatten over de eerbiediging van de rechten van het kind, alsook een controle van het strafregister (bijvoorbeeld door een uittreksel uit het strafregister op te vragen). Het lijkt ondenkbaar dat er in 2018 nog steeds personeel wordt aangenomen wanneer de werknemer een zedendelinquent is met een bij de autoriteiten gekend verleden.

Het hebben van procedures is natuurlijk een essentiële maatregel, maar het is niet genoeg. De preventie moet verder worden ontwikkeld en de informatie die nodig is voor de uitvoering van het beleid moet worden verspreid onder alle actoren die bij de werkzaamheden van de vereniging betrokken zijn. Veel misbruiken kunnen worden voorkomen door alle actoren bewust te maken, systematische achtergrondcontroles uit te voeren en verboden na te leven.

Het is ook de taak van overheidsorganisaties en -structuren om alle bij hen ingediende beschuldigingen te onderzoeken en de bevoegde autoriteiten daarvan in kennis te stellen (alle verdachte situatie van seksuele uitbuiting van kinderen kan vermeld worden op www.ikzegstop.be). Daders van dergelijke feiten moeten eerst worden vervolgd, hetzij ter plaatse, hetzij in hun land van herkomst. Naast het informeren van de bevoegde autoriteiten moeten organisaties ook de nodige interne maatregelen nemen om daders te verwijderen of zelfs te straffen.

Hoewel de vervolging van de daders een prioriteit moet blijven, betekent de bestrijding van de seksuele uitbuiting van kinderen bovenal dat moet worden voorkomen dat kinderen het slachtoffer worden van misbruik. ECPAT België pleit daarom voor een globale en multidisciplinaire aanpak. Afgezien van schandalen, onderzoeken, vervolgingen en het vermoeden van onschuld is er in de eerste plaats het recht op bescherming van kinderen. Laten we ze in onze strijd voor transparantie niet vergeten.

Voornaamste aanbevelingen voor organisaties die met kinderen werken:

  • Duidelijke Child Rights Policies invoeren, ondertekend door alle leden, medewerkers en vrijwilligers. Houd bij het opstellen van de voorstellen rekening met de belangen en standpunten van kinderen. Verspreid hun inhoud binnen elk hiërarchisch niveau van de organisatie.
  • Laat het personeel een addendum bij het contract ondertekenen waarin het zich ertoe verbindt de rechten van het kind te eerbiedigen.
  • Vaststellen van gemakkelijk toegankelijke klachten- en rapportageprocedures.
  • Goedkeuring van een duidelijke gedragscode waarin (on)gepast gedrag bij het werken met kinderen wordt gedefinieerd. Train medewerkers en vrijwilligers om deze Gedragscode te begrijpen.
  • Voer een systematische controle uit van het strafregister op het moment van indienstneming.
  • Bekijk alle beschuldigingen die onder de aandacht van de organisatie zijn gebracht serieus.
  • De bevoegde lokale autoriteiten op de hoogte stellen en sancties opleggen in geval van niet-naleving van de regels die in de instrumenten van de organisatie zijn vastgelegd.
  • Ontwikkelen van bewustmakingssessies en preventieve opleiding inzake seksuele uitbuiting van kinderen.

 

Praktische stappen voorgesteld in geval van een waarschuwing:

 

Emmanuelle Vacher, voor ECPAT België

On 9 and 10 December 2013, the second meeting of the EU Civil Society Platform against Trafficking in Human Beings has taken place in Brussels. The Platform is a forum for civil society organisations to engage at the EU level, exchange experiences and enhance coordination and cooperation amongst key actors.

Over 100 civil society organisations from 26 Member States plus NGOs from neighbouring priority third countries (Albania, Morocco, Turkey and Ukraine) participated. Katlijn Declercq represented ECPAT International.

 

Agenda-Civil Society Platform vs THB 9-10 Dec 2013

Description of the workshops

 

Source: EU Commission

 

Copyright ECPAT Belgique « Stop à l’exploitation sexuelle commerciale des enfants »

 

Uit het laatste jaarverslag van Child Focus, blijkt dat bijna 1 op de 5 daders van seksueel misbruik zelf minderjarig is. Het is duidelijk dat de leeftijd van het slachtoffer, maar ook van de dader in deze zaken aan het dalen is.

Dit is uiteraard een onrustwekkende trend: 19 percent van de seksueel misbruikte kinderen was, in het afgelopen jaar, jonger dan 6 jaar (78 kinderen). Hierbij komt dat het dader-beeld van de ‘vieze oude man’ ook niet meer actueel is. In 2013 waren er 82 minderjarige daders. Dit zou onder anderen zijn omdat jongeren sneller rijp worden.

Hier moet duidelijk iets aan gedaan worden! Er moet aan preventie gedaan worden en afwijkend gedrag bij jongeren moet preventief geholpen worden via dadertherapie. Er is dan ook nood aan gestructureerde groepstherapie, minderjarige daders moeten goed begeleid worden om te voorkomen dat jonge daders een nog groter gevaar worden.

Het Nieuwsblad, 15 mei 2014

Copyright ECPAT Belgique « Stop à l’exploitation sexuelle commerciale des enfants »